Skip to Content

Oefeningen voor de schouder (na okselklieroperatie)

Je hebt een totale okselklieroperatie gehad. Hierdoor kan de beweeglijkheid van de schouder minder zijn. Armoefeningen kunnen het hersel van deze verminderde beweeglijkheid bevorderen. In deze folder lees je welke oefeningen je kan doen om de beweeglijkheid te verbeteren. Je kunt het beste 5 tot 7 dagen na de operatie met deze oefeningen beginnen.

Waar kan ik rekening mee houden?

Wonddrain

Heb je na de totale okselklieroperatie nog een wonddrain? Dan adviseren wij je om oefening 1, 2, 3 en 8 te doen. Het is beter om iedere dag verschillende keren licht te oefenen, dan in 1 keer lang en intensief. 

Wondvocht

Zit er nog wondvocht in het operatiegebied? Dan mag je alleen oefenen zonder je spieren te rekken.

Bestraling

Ben je bestraald? Dan is het zinvol om ruim een jaar na deze behandeling de oefeningen regelmatig te herhalen. Je kunt dan controleren of de beweeglijkheid gelijk blijft.

Ongeveer 20% van de patiënten houdt ondanks het oefenen last van bewegingsbeperkingen van de schouder.

Belangrijk

Voor alle oefeningen is het volgende belangrijk:

  • Probeer je schouderoefeningen iedere dag te doen. Het is het beste dat je elke oefening ongeveer 5 tot 10 keer uitvoert. Beweeg maximaal, maar zorg ervoor dat je daarbij geen pijn hebt. 
  • Een ‘rekgevoel’ bij de oefeningen is geen probleem, maar voorkom dat dit pijn gaat doen. Elke ‘rek’ kun je 4 tot 5 tellen vasthouden, terwijl je rustig blijft doorademen.
  • Bij het oefenen is een goede houding van bovenlichaam en schouders belangrijk. Ga dus goed rechtop zitten of staan. Laat je schouders niet afhangen, maar trek deze iets naar achteren.
  • Let op dat je bij de oefeningen niet met de armen gaat 'veren'.
  • Ook nadat je oefeningen hebt gedaan mag je geen pijn hebben. Heb je wel pijn? Oefen de volgende keer minder intensief.
  • Heb je thuis problemen met het oefenen? Of is na 6 weken de beweeglijkheid nog steeds niet hersteld? Ga dan naar je huisarts of specialist en vraag een verwijzing voor fysiotherapie.

De oefeningen

Oefening 1

Beweeg uw arm gestrekt voorwaarts. Heb je nog een wonddrain? Ga dan niet verder naar boven dan de tekening aangeeft.

Oefening 2

Bij deze oefening laat je je armen langs het lichaam hangen. Trek daarna een aantal keren je schouders op en ontspan dan weer.

Oefening 3

Houd je handen achter je rug en breng vervolgens je armen gestrekt omhoog.

Oefening 4

Ga 15 centimeter van de muur staat en ‘krabbel’ met beide handen tegelijk langs de muur naar boven.

Oefening 5

Vouw je handen in elkaar. Daardoor wordt je arm aan de geopereerde kant gesteund. Strek dan je armen zo ver mogelijk omhoog.

Oefening 6

Leg je handen achter je oren, tegen je achterhoofd en strengel je vingers ineen. Houdt je ellebogen ontspannen naar voren en breng ze dan zo ver mogelijk naar achteren.

Oefening 7

Ga tegen de muur staan en breng je armen zijwaarts omhoog. Je handen blijven contact houden met de muur.

Oefening 8

Leg je handen zo laag mogelijk op je rug en schuif ze langs je rug naar boven.

Heb je nog vragen?

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met je fysiotherapeut, huisarts of behandelend arts.

  • Fysiotherapie: 0413 - 40 19 35 (binnen kantooruren)