Skip to Content

Voorkomen van vallen in de thuissituatie

Vallen is een onbedoelde, plotselinge gebeurtenis waarbij u op de grond terechtkomt. Hierbij kan schade ontstaan aan het lichaam, zoals schaafwonden, kneuzingen, en breuken. Naarmate u ouder wordt, wordt de kans op vallen groter. Als u daarnaast ook nog andere gezondheidsklachten heeft, is het risico op vallen nog wat groter. Een val kan ernstige gevolgen hebben zoals een opname in het ziekenhuis of verpleeghuis.

Oorzaken van vallen

Vallen is geen ziekte maar iets dat gebeurt door allerlei oorzaken.

  • U bent al eens eerder gevallen en daardoor misschien ook wat angstiger dat het weer opnieuw gebeurt. (waardoor ook angst voor vallen kan ontstaan).
  • Te weinig bewegen, hierdoor vermindert uw soepelheid, conditie en spierkracht.
  • Omgevingsfactoren, bijvoorbeeld over los liggende voorwerpen struikelen.
  • Loop- en/of evenwichtsproblemen, bijvoorbeeld door verminderde spierkracht of haastig lopen
  • U reageert minder snel
  • Duizeligheid en flauwvallen.
  • Een te lage bloeddruk bij houdingsverandering (gaan staan of bukken)
  • Het niet meer goed kunnen inschatten van uw eigen situatie omdat u verward, onrustig of vergeetachtig bent.
  • Ziekte, bijvoorbeeld: bloedarmoede, hart- en vaatziekte of de ziekte van Parkinson.
  • Medicijngebruik, verschillende medicijnen hebben bijwerkingen die het valrisico vergroten.
  • U heeft moeite met naar de wc gaan of u voelt juist teveel aandrang om telkens naar het toilet te gaan..
  • Slechter zien en/of slechter horen.
  • Onveilige gewoonten; gebruik maken van steunpunten die niet als steunpunt bedoeld zijn bijvoorbeeld de deurklink.

Wat kunt u zelf doen om uw omgeving veilig te maken?

Het is het verstandig om uw woonomgeving veilig te maken. Daardoor maakt u de kans op vallen kleiner,. En zult u minder snel een kneuzing of een breuk oplopen.

Huiskamer

  • Zorg voor genoeg loopruimte tussen uw meubels
  • Zorg voor stevige meubels zodat u erop kunt leunen of steun zoeken zonder dat een stoel of tafel meteen wegschuift.
  • Zorg voor stoelen met een armleuning zodat u gemakkelijker kunt opstaan.
  • Leg geen losse kleden op de grond
  • De telefoon staat/ligt op een gemakkelijk bereikbare plaats.
  • Let op dat er geen losse snoeren op de grond liggen waarover u kunt struikelen of uitglijden.

Keuken

  • De dingen die u vaak nodig heeft, staan op grijphoogte

Gang en trap

  • Er is goede verlichting; u kunt bijvoorbeeld een lichtsensor gebruiken die aangaat bij beweging.
  • Leg geen spullen op de trap (om later mee naar boven te nemen), houdt de trap vrij!
  • De vloerbedekking zit goed vast op de traptreden.
  • De trap heeft bij voorkeur aan beide zijden een stevige leuning.

Slaapkamer

  • Het bed is op de juiste hoogte zodat opstaan geen problemen geeft. Zie afbeelding.
  • Er liggen geen losse kleden op de slaapkamer.
  • Er is een lichtknopje binnen handbereik van het bed of een lichtsensor zodat u niet in het donker op hoeft te staan.

Badkamer en toilet

  • Plaats een antislipmat in douche of bad.
  • Leg echter zo weinig mogelijk of geen bad- en toiletmatten in de rest van de badkamer. Als u dat toch wilt, zorg dan dat er een antislip aan de onderzijde van de mat zit.
  • De badkamerdeur kan ook aan de buitenkant van het slot gehaald worden zodat u in geval van nood gemakkelijk bereikbaar bent.
  • Als u over een hoge rand van het bad moet stappen, zorg dan dat u houvast heeft door een beugel(s) te plaatsen.
  • Plaats zo nodig beugels bij het toilet zodat u gemakkelijker kunt opstaan.
  • Plaats zo nodig een douchestoel.

Rondom het huis

  • Uw tuin of terras is vrij van bladeren, mos en algen.
  • Uw tuin of terras is vlak (dus geen ongelijke tegels of afstapjes). Plaats zo nodig bij afstapjes een goed aansluitende schuine plank.
  • Er is goede verlichting op plaatsen waar het nodig is.

Algemeen

  • Verwijder drempels. Als dit niet kan, zorg dan dat de randen van de drempels afgeschuind zijn, zodat de kans op struikelen zo klein mogelijk is
  • U kunt met buren/kinderen/naasten afspraken maken; bijvoorbeeld dat de buren contact zoeken als de gordijnen de hele dag dicht blijven.
  • In geval van nood is het prettig dat u kunt alarmeren; denk hierbij aan een persoonsalarmering. Deze zijn ook beschikbaar met ingebouwde valdetectie.

Wat kunt u nog meer doen?

De volgende tips kunnen ook uw veiligheid verhogen:

  • Zorg voor goed, stevig schoeisel. Hiermee bedoelen we schoenen met een veter of klittenbandsluiting die aan de gehele voet aansluiten.
  • Gebruik uw loophulpmiddel (rollator of stok)
  • Draag uw bril en/of gehoorapparatuur wanneer u gaat lopen; dit maakt u meer alert voor uw omgeving. Laat tijdig uw ogen controleren (om de twee jaar).
  • Gebruik zo weinig mogelijk kalmeer- en slaapmiddelen. Overleg met u arts of er geen andere oplossing voor uw klachten bestaat.
  • Als u voelt dat u naar het toilet moet, wacht dan niet maar ga op toijd naar de wc.
  • Douche niet te heet; hier kunt u onwel van worden.
  • Draagt u graag sokken in bed; zorg dan voor antislip sokken.
  • Loop liever een aantal keer een korte afstand dan eenmalig een langere afstand.
  • Laat u niet opjagen door de telefoon of iemand aan de deur. Plaats zo nodig een intercom bij de deurbel.
  • Bij uw brievenbus kunt u een brievenkast of –mand plaatsen. Dan hoeft u niet meer te bukken voor uw post.
  • Ga niet op een stoel of kruk staan.

Kom in beweging, rust roest!

Bewegen is goed voor de gezondheid tot op hoge leeftijd. U kunt uw spierkracht, coördinatie en uw geestelijke conditie onderhouden door lichamelijk actief te blijven.

Door meer te bewegen en speciale oefeningen te doen die uw evenwicht en spierkracht verbeteren, neemt het risico op vallen af. U zult zich fitter voelen en behoudt uw zelfvertrouwen om er zelfstandig op uit te gaan.

U kunt lichaamsbeweging nemen door het doen van dagelijkse activiteiten zoals boodschappen doen, activiteiten in en rond het huis, dagelijks fietsen of een wandeling maken. Daarnaast zijn er ook georganiseerde activiteiten zoals bijvoorbeeld bewegen voor ouderen.

Als bovenstaande tips en adviezen niet voldoende bijdragen, bespreek dit dan met uw huisarts of klinisch geriater. Zij kunnen u doorverwijzen naar een ergotherapeut en/of fysiotherapeut.

Heeft u nog vragen?

Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, kunt u terecht bij poli geriatrie of de huisarts.

Polikliniek geriatrie: 0413 – 40 19 84