Skip to Content

Bewegen tijdens chemotherapie (Onco-Move, inleiding & instructieboekje)

De behandeling van kanker kan vermoeidheid en conditieverlies tot gevolg hebben. De vermoeidheid neemt meestal toe gedurende de behandeling en kan ook op langere termijn blijven bestaan. Mensen zijn geneigd om rust te nemen om de vermoeidheid zoveel mogelijk te voorkomen. Recent onderzoek heeft echter uit gewezen dat bewegen een positief effect heeft op vermoeidheid en conditieverlies gedurende chemotherapie. Het advies is daarom lichamelijk actief te worden of te blijven. Je hoeft hiervoor niet intensief te sporten. Wandelen en fietsen in een stevig tempo kunnen bijvoorbeeld ook zorgen voor de juiste lichamelijke inspanning.

Bewegen tijdens chemotherapie

Het Integraal Kankercentrum Amsterdam (IKA) heeft het initiatief genomen tot de ontwikkeling van Onco-Move, een programma voor bewegen tijdens chemotherapie. Dit programma wordt uitgevoerd in samenwerking met het Waterlandziekenhuis. Momenteel wordt Onco-Move aangeboden aan mensen met darmkanker of borstkanker die aanvullend aan de operatie chemotherapie ontvangen.

Patiënten die deelnemen aan Onco-Move krijgen advies en instructie aangeboden over bewegen gedurende chemotherapie. Er wordt informatie gegeven over de vorm en de intensiteit van bewegen die goed voor je is. Ook wordt er uitgelegd hoe je kunt zorgen voor een goede opbouw van het bewegen. De bedoeling is om te komen tot een bewegingspatroon van 4-6x in de week stevig bewegen voor een half uur per keer. Uiteraard wordt er rekening gehouden met jouw persoonlijke situatie.

Het is de bedoeling dat je thuis, in je eigen omgeving en op de door jou gewenste tijdstippen, gaat bewegen.
Je hoeft dus niet voor het bewegingsprogramma naar het ziekenhuis te komen. Op de momenten dat je voor de chemotherapie in het ziekenhuis bent zal de verpleegkundige jouw ervaringen met je bespreken. Gezamenlijk wordt nagegaan of de duur en de intensiteit van het bewegen passen bij jouw persoonlijke situatie. Aan het eind van de chemotherapie zal gevraagd worden of je een vragenlijst wilt invullen. In deze vragenlijst wordt naar je mening over Onco-Move gevraagd.

Aanmelding

Jouw behandelaar of de oncologieverpleegkundige heeft je deze folder gegeven. Wanneer je binnenkort start met de chemotherapie zal de oncologieverpleegkundige vragen of je wilt deelnemen aan Onco-Move. Zo ja, dan zal de verpleegkundige verdere instructie geven.

Heb je vragen?

Heb je nog vragen? Deze kun je stellen aan jouw casemanager.

  • Telefoonnummer: 0413 - 40 2290,
  • Bereikbaar dagelijks van 9.00 – 9.45 en tussen 14.00 – 15.00

 


Instructieboekje Onco-Move

Bewegen tijdens kanker

Inleiding

De behandeling van kanker, in het bijzonder de chemotherapie en/of radiotherapie, kan aanleiding zijn tot langdurige vermoeidheid en conditieverlies. De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat veel rusten geen positieve invloed heeft op deze vermoeidheid. Bewegen heeft juist wél een positief effect.
Deze folder geeft inzicht in hoe BEWEGEN je kan helpen de lichamelijke reactie op de chemotherapie positief te beïnvloeden. De folder maakt duidelijk dat lichamelijk actief zijn ervoor kan zorgen dat je je beter voelt, zowel tijdens de medische behandeling als na afronding van chemotherapie. Er wordt informatie verstrekt over bewegen op een veilige, prettige en effectieve manier.

Waarom bewegen tijdens chemotherapie?

Veel patiënten met kanker hebben last van vermoeidheid. De vermoeidheid tijdens de chemotherapie kan mensen beperken. Mensen hebben de neiging om minder actief te zijn. Onderzoek heeft echter aangetoond dat lichamelijk actief zijn beter helpt tegen de vermoeidheid dan veel liggen of slapen.
Het is belangrijk om het enkele dagen na de chemotherapie rustiger aan te doen, maar te weinig activiteit kan leiden tot minder kracht en energie, wat vaak leidt tot nog minder activiteiten. Bewegen kan helpen om kanker en chemotherapie beter te doorstaan en sneller te herstellen.

Wist je dat lichamelijke activiteit:

  • het aantal bijwerkingen van de behandeling kan verminderen?
  • kan helpen om na de behandeling weer sneller op krachten te komen?
  • kan helpen om je minder vermoeid te voelen tijdens de behandeling?
  • jouw zelfvertrouwen kan vergroten en jouw concentratie kan verbeteren?
  • het herstel na een operatie versnelt?
  • kan helpen om beter te slapen?

Welke vorm van lichamelijke activiteit?

Verschillende vormen van lichamelijke activiteit zijn tijdens de chemotherapie mogelijk. De meest toegepaste activiteiten zijn wandelen en fietsen. Kies een activiteit die bij je past en die je prettig vindt, dat maakt het makkelijker om de activiteit vol te houden. Een combinatie van verschillende bewegingsvormen is ook prima. Het moeten wel activiteiten zijn die goed zijn voor jouw uithoudingsvermogen. Liever een activiteit die goed is voor jouw conditie, bijvoorbeeld wandelen, dan een activiteit die gericht is op spierkracht, zoals bijvoorbeeld oefenen met gewichten.

Opbouw lichamelijke activiteit/training

Wat betreft de intensiteit en opbouw van de lichamelijke activiteit kun je het beste uitgaan van een zogenaamde “aërobe training” (aëro= lucht / zuurstof). Aërobe betekent dat je beweegt in een tempo waarin het zuurstofgebruik toeneemt. Het hart pompt zuurstofrijk bloed naar de spieren van het lichaam. Om meer zuurstof te kunnen leveren gaat het hart sneller pompen. De hartslag neemt toe.

Iedere keer wanneer je gaat bewegen/trainen, bijvoorbeeld fietsen of wandelen, kun je het beste starten met een warming-up. Een warming-up is een voorbereiding voor je hart en spieren op de lichamelijke activiteit die erop volgt. Een warming-up betekent in een relatief langzaam en ontspannen tempo gedurende vijf minuten bewegen.

Na de warming-up ga je over tot bewegen in een stevig tempo. Wanneer je voor het eerst traint (start met het oefenprogramma) begin je met 10 minuten. Je breidt dit langzaam uit naar 20-30 minuten per keer. Stevig bewegen is comfortabel maar wel intensiever dan normaal. Je kunt dit bijvoorbeeld vergelijken met lopen in een pittig tempo wanneer je de bus wilt halen.
Na het bewegen in stevig tempo volgt de cooling-down. Een cooling- down is net zo belangrijk als een warming up. Je stelt je hart in staat zich aan te passen aan een lager tempo en je spieren kunnen ontspannen.
Als je plotseling stopt met stevig bewegen kunnen je spieren stijf worden of wordt je mogelijk duizelig. Een cooling-down aan het eind van de training betekent vijf minuten in een langzaam, ontspannen tempo bewegen.

Wanneer je voor het eerst flink lichamelijk actief bent, begin je met bewegen in eigen tempo, 10 minuten per keer, 4-6x per week. Doel is het tempo en de tijdsduur te verhogen en uiteindelijk 4-6x per week 30 minuten stevig te bewegen. Aërobe bewegen is natuurlijk en comfortabel maar wel sneller dan normaal.

Voorbereidingen

Hoe kun je je voorbereiden?
Zorg dat je kleding draagt waarin je je makkelijk kunt bewegen. Denk daarbij aan de weersomstandigheden en probeer daarop te anticiperen. Zorg ’s avonds in het donker voor reflecterende kleding of licht. Wat betreft eten is het verstandig om niet met een volle maag te bewegen, maar ook een lege maag kan vervelend zijn. Eet iets kleins vooraf en zorg voor voldoende drinken, zeker bij warm weer.

Intensiteit van lichamelijke activiteit

Met behulp van de “Borgschaal voor ervaren inspanning” kun je bepalen hoe intensief je beweegt. Zoek het getal op de schaal dat het best weergeeft hoe je je voelt tijdens de lichamelijke activiteit.
Als je het gevoel hebt dat de lichamelijke activiteit een beetje zwaar is, dan beweeg je op de waarde 13.

Zucht of steun je tijdens de lichamelijke activiteit dan beweeg je op een waarde van 17.
Als je met de training begint is 12-13 een goede waarde. Probeer dit langzaam te verhogen tot 14, een hoger niveau is over het algemeen niet nodig.

BORGSCHAAL VOOR ERVAREN INSPANNING

score voor ervaren inspanning beschrijving
6, 7, 8 heel erg licht
9, 10 erg licht
11, 12 tamelijk licht
13, 14 een beetje zwaar
15, 16 zwaar
17, 18 erg zwaar
19, 20 heel erg zwaar

Hoe voel je je tijdens het bewegen?

Het is belangrijk dat je je tijdens het bewegen bewust realiseert hoe je je voelt. Let op de signalen die jouw lichaam geeft. Als je bijvoorbeeld met een partner traint, dan moet je in staat zijn af en toe te praten zonder kortademig te worden of je vervelend te voelen. Als je je na afloop langer dan een uur moe voelt, dan trainde je mogelijk te hard. Doe het dan de volgende keer iets rustiger aan. Je moet je niet helemaal uitgeput voelen na de training. Als je je tijdens de lichamelijke activiteit erg moe gaat voelen, stop dan.

Dagboekje

We willen je vragen een dagboekje bij te houden. Dit dagboekje zal kort besproken worden op de momenten dat je voor chemotherapie in het ziekenhuis bent. In het dagboekje kun je opschrijven welke lichamelijke activiteit je wanneer gedaan hebt, en met welke duur en intensiteit. Je vindt het dagboekje op pagina 14 e.v. achter in dit instructieboekje.

Tips bij lichamelijke activiteit

Als je behandeld wordt voor kanker is het belangrijk de volgende tips te onthouden:

  • Oefen niet op de dag van, en de dag na de chemotherapie;
  • Rust even uit als het te inspannend wordt en laat je niet opjutten om toch door te gaan;
  • Variatie voorkomt verveling.

Algemene tips tijdens bewegen zijn ook voor jou van toepassing:

  • Doe het rustig aan een half uur voorafgaand en na afronding van de lichamelijke inspanning;
  • Drink voldoende bij warm weer;
  • Wees alert op alarmerende signalen die ontstaan in jouw lichaam tijdens de inspanning:
    • Pijn op je borst en pijn in je arm
    • Onregelmatige hartslag
    • Gevoel van duizeligheid
    • Misselijkheid
    • Kortademigheid

Als je een van deze klachten voelt stop dan met de lichamelijke inspanning. Als je onverklaarbare veranderingen merkt in jouw mogelijkheden met betrekking tot lichamelijke inspanning, bijvoorbeeld wat betreft de duur of intensiteit, geeft dit door aan de arts of de verpleegkundige.
Houd er wel rekening mee dat je op sommige momenten van de behandeling sneller vermoeid zal zijn, bijvoorbeeld enkele dagen na de chemotherapie.

Als de klachten niet weggaan raadpleeg dan jouw arts.
Houd er wel rekening mee dat je op sommige momenten van de behandeling sneller vermoeid zal zijn, bijvoorbeeld enkele dagen na de chemotherapie.

Volhouden van lichamelijke activiteit

De meeste mensen hebben positieve ervaringen met bewegen tijdens de chemotherapie, ze voelen zich beter. Wel is het moeilijk om met het bewegen door te gaan. Hoe kun je er voor zorgen dat je het volhoudt om lichamelijk actief te zijn? Hieronder volgen enkele tips.

  • Vraag iemand anders om met je mee te trainen, bijvoorbeeld een familielid, een vriend of collega. Als je er de voorkeur aan geeft om alleen te trainen, vraag dan een familielid of vriend om je te ondersteunen bij het volhouden van de training.
  • Als het moeilijk is om het trainen vol te houden vanwege tijdgebrek, plan de training dan van tevoren en probeer er een gewoonte van te maken. Maak het onderdeel van jouw dagelijkse routine.
  • Breng variatie aan. Wissel bijvoorbeeld lopen af met fietsen.
  • Beloon jezelf. Voorbeelden zijn een bioscoopkaartje of kaartjes voor een sportwedstrijd, een boek of een etentje.
  • Vraag ondersteuning en begeleiding van de verpleegkundigen en/of fysiotherapeuten.
  • Probeer te focussen op het positieve, heb plezier in het bewegen.
  • Probeer jouw motivatie vast te houden, schrijf de redenen op die je hebt om te starten met bewegen en lees deze regelmatig nog eens door.
  • Herken belemmeringen die je ervaart bij het volhouden van de training, probeer oplossingen te vinden voor de barrières.
  • Stel doelen voor jezelf op.
  • Wees niet te streng voor jezelf.

Dagboekje

week dag datum

soort

activiteit

duur

activiteit

intensiteit

activiteit

(borgscore)

indien niet

gedaan, reden

1 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
2 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
3 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
4 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          

Doel: 4-6X per week matig intensief bewegen, per keer gedurende 20-30 minuten

Dagboekje

week dag datum

soort

activiteit

duur

activiteit

intensiteit activiteit

(borgscore)

indien niet gedaan, reden

5 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
6 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
7 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
8 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          

Doel: 4-6X per week matig intensief bewegen, per keer gedurende 20-30 minuten

Dagboekje

week dag datum

soort

activiteit

duur

activiteit

intensiteit

activiteit

(borgscore)

indien niet gedaan, reden
9 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
10 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
11 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
12 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          

Doel: 4-6X per week matig intensief bewegen, per keer gedurende 20-30 minuten

Dagboekje

week dag datum

soort

activiteit

duur

activiteit

intensiteit

activiteit

(borgscore)

indien niet gedaan, reden
13 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
14 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
15 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          
16 ma          
  di          
  woe          
  do          
  vr          
  za          
  zo          

Doel: 4-6X per week matig intensief bewegen, per keer gedurende 20-30 minuten