Skip to Content

Endoscopische echografie van de luchtwegen (EBUS-bronchoscopie)

In overleg met je behandelend arts wordt er bij jou een EBUS-bronchoscopie verricht. De longarts heeft uitgelegd waarom je dit onderzoek krijgt en hoe het onderzoek verloopt. In deze folder kun je nog eens rustig nalezen hoe dit onderzoek in Bernhoven uitgevoerd wordt.

Wat is een EBUS-bronchoscopie?

EBUS is de afkorting van EndoBronchial UltraSound. Een EBUS-bronchoscopie is een echografie van de luchtwegen. Dit onderzoek wordt gedaan met een speciale bronchoscoop met daarop een echokop. Deze bronchoscoop is een flexibele slang, ongeveer zo dik als een pen, met aan het uiteinde een kleine lamp, een camera en een echokop. Deze bronchoscoop wordt via je mond en je keel in de luchtpijp en bronchiën gebracht. Met behulp van onhoorbare geluidsgolven worden inwendige organen en lymfeklieren in het gebied rond de grote luchtwegen zichtbaar gemaakt. Tijdens het onderzoek kan indien nodig weefsel worden afgenomen voor verder onderzoek.

Hoe bereid je je voor?

Je wordt met bed opgehaald vanaf de afdeling dagbehandeling naar de onderzoekskamer. Wanneer je een kunstgebit draagt, moet je dit uit doen. Om het onderzoek te kunnen uitvoeren worden eerst de slijmvliezen van je neus, keel en luchtwegen verdoofd met een verdovingsspray. Dit is nodig om de kokhalsreflex weg te nemen. De verdovingsspray heeft een bittere smaak en geeft een gevoelloze keel. Het slikken gaat hierdoor moeilijker. Je bloeddruk en hartslag worden gemeten en je krijgt een zuurstofmetertje op één van je vingers. Je krijgt een plastic ring tussen je kaken om de EBUS-bronchoscoop te beschermen. Je krijgt via je neus extra zuurstof toegediend. Via het infuus wordt het roesje toegediend.

Nuchter

Voor dit onderzoek moet je nuchter zijn. Dit betekent dat je op de avond voor het onderzoek vanaf 24.00 uur niet meer mag eten, drinken of roken. Wel mag je je tanden poetsen en / of je mond spoelen met water.

Vindt het onderzoek in de middag plaats, dan mag je in de ochtend om 8.00 uur nog een kopje thee met een beschuitje. Daarna moet je nuchter blijven.

Medicijnen

  • Ondanks dat je voor het onderzoek nuchter moet zijn, mag je je medicijnen wel innemen eventueel met een klein slokje water.
  • Gebruik je bloedverdunnende medicijnen als acenocoumarol (Sintrom), fenprocoumon (Marcoumar). In overleg met je arts moet je enkele dagen voor het onderzoek stoppen met het innemen van deze medicijnen. De poli-assistente neemt contact op met de trombosedienst. De trombosedienst bepaalt of de medicatie moet worden aangepast en wanneer je daarmee moet beginnen. Ook zorgen zij ervoor dat de medicatie na het onderzoek opnieuw wordt ingesteld. De trombosedienst neemt hierover contact met je op.
  • Gebruik je Clopidogrel (Plavix) of Dipyridamol (Persantin), dan krijg je het advies om zeven dagen voor het onderzoek te stoppen met deze medicijnen. Na het onderzoek kun je de medicijnen weer innemen zoals je gewend bent.
  • Bij de nieuwe bloedverdunners (Xarelto, Pradaxa, Eliquis), adviseren we je deze één of twee dagen voor het onderzoek te stoppen en na het onderzoek te hervatten.
  • Als je inhalatiemedicijnen (`pufjes') gebruikt ga je daar mee door.

Vervoer van en naar huis

Zorg ervoor dat je na het onderzoek opgehaald wordt. Je krijgt medicijnen die de rijvaardigheid beïnvloeden dus je mag niet zelf naar huis terugrijden.

Belangrijk

Het is belangrijk dat je de arts voor het onderzoek waarschuwt als:

  • je allergisch bent voor geneesmiddelen of verdoving
  • je zwanger bent of daar een vermoeden van hebt
  • je suikerziekte (diabetes mellitus) hebt
  • je je niet lekker voelt

Onderzoek

Waar meld je je?

Je meldt je 45 minuten voordat het onderzoek wordt uitgevoerd bij het Ambulant Centrum op route 140. De assistente op de poli zal je het tijdstip waarop je aanwezig moet zijn doorgeven.

Het is toegestaan één persoon mee te nemen ter ondersteuning. Tijdens het onderzoek kan deze persoon wachten in de wachtkamer. Na het onderzoek mag deze persoon binnen geroepen worden om samen te luisteren naar de voorlopige uitslag.

Hoe verloopt het onderzoek?

Op de afdeling dagbehandeling krijg je een infuusnaald in een bloedvat op je arm of hand, waardoor medicijnen gegeven kunnen worden. Tijdens het onderzoek krijg je een roesje of diepe sedatie, de keuze hierin zal samen met de arts worden gemaakt. Meer informatie over het roesje lees je in de folder Lichte sedatie bij onderzoek of behandeling. Meer informatie over diepe sedatie lees je in de folder Algemene informatie rondom diepe sedatie.

In de onderzoekkamer neem je plaats op een stoel. Wanneer je een kunstgebit draagt, moet je dit uit doen. Om het onderzoek te kunnen uitvoeren worden eerst de slijmvliezen van je neus, keel en luchtwegen verdoofd met een verdovingsspray. Dit is nodig om de kokhalsreflex weg te nemen. De verdovingsspray heeft een bittere smaak en geeft een gevoelloze keel. Het slikken gaat hierdoor moeilijker. Daarna neem je plaats op de onderzoektafel. Je bloeddruk en hartslag worden gemeten en je krijgt een zuurstofmetertje op één van je vingers. Je krijgt een plastic ring tussen je kaken om de EBUS-bronchoscoop te beschermen. Je krijgt via je neus extra zuurstof toegediend. Via het infuus wordt het roesje toegediend.

De longarts brengt de EBUS-bronchoscoop via de mond in je luchtwegen. Het inbrengen van de slang is minder prettig, maar doet geen pijn en je luchtwegen worden hierdoor niet afgesloten, doorademen is gewoon mogelijk. Na het inbrengen van de EBUS-bronchoscoop wordt er extra plaatselijke verdoving gegeven in de luchtwegen. Door middel van de echokop op de EBUS-bronchoscoop kan er door de wand van de luchtwegen worden gekeken en kunnen de lymfeklieren worden aangeprikt met een kleine holle naald. Het aanprikken van de klier doet geen pijn. Tijdens het hele onderzoek vertellen de arts en de assistentes jou voortdurend wat er precies gaat gebeuren.

Hoe lang duurt het onderzoek?

Het totale onderzoek duurt gemiddeld ongeveer 90 minuten.

Na het onderzoek

Je gaat na het onderzoek weer terug naar de afdeling, daar worden regelmatig je pols, bloeddruk en zuurstofgehalte gemeten. Zodra de keelverdoving is uitgewerkt mag je een slokje water drinken. Gaat het slikken normaal, dan kun je weer normaal eten en drinken. Je mag ongeveer 2 uur na het onderzoek weer naar huis.

De medicijnen die je tijdens het onderzoek hebt gekregen beïnvloeden je rijvaardigheid, daarom kun je dezelfde dag niet deelnemen aan het verkeer. Regel daarom van tevoren vervoer naar huis.

Wat doe je bij problemen thuis?

Een EBUS-bronchoscopie is over het algemeen een veilig onderzoek. Complicaties treden zeer zelden op. Wanneer er ondanks een goed verloop van het onderzoek toch nog problemen ontstaan, neem dan contact op met je behandelend arts of je huisarts.

Je moet bellen bij de volgende problemen:

  • Toenemende benauwdheid.
  • Wanneer je bloed ophoest (meer dan een half kopje) of wanneer het bloeden na 24 uur niet is gestopt.
  • Plotselinge hoge koorts die na 24 uur nog niet is gedaald.

Uitslag

De longarts vertelt je direct na het onderzoek zijn of haar eerste indrukken. Je krijgt een afspraak mee voor het bespreken van de officiële uitslag van het onderzoek. Wanneer je bent opgenomen in het ziekenhuis krijg je de uitslag zo mogelijk nog tijdens je opname of er wordt een polikliniekafspraak voor je gemaakt waarin de uitslag wordt besproken.

Heb je nog vragen?

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen, stel deze dan gerust aan de longarts of de verpleegkundige van de scopiekamer. Ook kun je bellen met de polikliniek longgeneeskunde.

  • Telefoonnummer polikliniek longgeneeskunde: 0413 - 40 19 50
  • Telefoonnummer scopiekamer long: 0413 - 40 23 25