Skip to Content

Borstvoeding of flesvoeding?

Ouder worden is een unieke ervaring, elke keer weer. In de zwangerschapsperiode moeten veel dingen geregeld worden bijvoorbeeld het werk, kraamzorg de geboortekaartjes of de babykamer. Vaak wordt één van de belangrijkste beslissingen uitgesteld tot na de bevalling: 'Welke voeding ga ik de baby geven: borstvoeding of flesvoeding?'. Veel beter is het om deze keuze eerder te maken. Daarom staan in deze folder de belangrijkste voor- en nadelen van borst- en flesvoeding nog eens naast elkaar.

Verschillen tussen borst- en flesvoeding

Na de geboorte van je baby kun je kiezen voor borstvoeding of flesvoeding. Beide vormen van voeding hebben voor- en nadelen. In deze folder lees je de verschillen. Zo kun je kiezen wat bij jou en je situatie past.

Medische aspecten

Het grote verschil tussen moedermelk en flesvoeding zit vooral in de unieke samenstelling van moedermelk. Het lichaam van de moeder is gewend zich aan te passen aan de behoeften van het kind. Dit gebeurt tijdens de zwangerschap, maar ook tijdens de lactatieperiode (de periode dat je borstvoeding geeft). Het gevolg hiervan is dat de hoeveelheid en samenstelling van de borstvoeding zich continue aanpast aan de behoefte van het kind, ook bij te vroeg geboren kinderen. Geen enkele borstvoeding is daarom gelijk van samenstelling.

Borstvoeding:

  • helpt je baarmoeder sneller herstellen na de bevalling
  • beschermt je baby tegen infecties van maag, darmen en longen
  • ondersteunt de ontwikkeling van de hersenen
  • verkleint op langere termijn de kans op bepaalde ziektes zoals eczeem, astma en jeugdkanker

Flesvoeding:

  • is een goed en veilig alternatief in Nederland
  • bevat alles wat je baby nodig heeft om goed te groeien
  • is makkelijk in gebruik, zeker als je goed let op hygiĆ«ne

Wat zijn de praktische verschillen?

Borstvoeding:

  • is altijd op temperatuur en direct beschikbaar
  • is gratis
  • vraagt geen voorbereiding
  • kan soms lastig zijn buitenshuis
  • kan stuwing of gevoelige tepels geven (meestal tijdelijk)
  • is minder praktisch als je baby niet bij je is, maar afkolven kan helpen

Flesvoeding:

  • kun je geven met hulp van anderen, bijvoorbeeld de vader of opa en oma
  • maakt het makkelijker om voedingen te verdelen
  • moet je kopen en klaarmaken
  • vraagt extra spullen (fles, voeding, schoonmaak)
  • moet je meenemen als je weggaat

Wat zijn de emotionele verschillen?

Borstvoeding geven geeft veel moeders een gevoel van verbondenheid met hun baby. Het huid-op-huid contact versterkt de band. Ook kan het zorgen voor meer zelfvertrouwen.

Voor vaders kan het lastig zijn dat zij minder betrokken zijn bij de voeding. Flesvoeding kan helpen om ook de vader of andere verzorgers te betrekken bij de verzorging.

Vragen?

Twijfel je over je keuze? Bespreek dit dan met je verloskundige, arts of een verpleegkundige van de kraamafdeling. 

Voor meer informatie over borstvoeding kun je terecht bij: