Skip to Content

Zelfkatheterisatie - stappenplan voor mannen

Katheteriseren kan je op verschillende manieren doen. Probeer uit welke houding je het prettigst vindt. Zorg dat je goed in bed of rolstoel zit of bij het (invalide)toilet staat. Soms is het handig om in het begin op bed te oefenen, of een steuntje in de rug te hebben als je staand katheteriseert (b.v. een muur).

 

  • Zet alle spullen binnen handbereik
  • Afhankelijk van de katheter die je gebruikt, maak je deze gebruiksklaar
    (zie instructiefolder firma) en plaats je deze binnen handbereik
  • Was je handen goed met water en zeep (vergeet je duim niet!)
  • Indien je nog spontaan kunt en mag plassen, probeer je eerst op de gewone manier te plassen.

1. Installeer je goed in bed, (rol)stoel of (invalide)toilet

2. Houdingen:­

  • Op toilet: zittend of staand (zie tekening 1 t/m 3)
  • In rolstoel: afhankelijk wat mogelijk is



3. Als je niet besneden bent, schuif je de voorhuid terug en maak je het gebied rondom je plasbuis schoon met water.

4. Pak met de hand waarmee je niet katheteriseert de penis vast en breng hem iets omhoog (tekening 4)

5. Pak met de andere hand de katheter halverwege vast of bij de inbrenghuls/inbrengstukje. Eventueel kan je de katheter dicht knijpen of de duim op het uiteinde plaatsen, de urine kan dan nog niet weglopen.

6. Breng de katheter rustig in de plasbuis tot in de blaas, als de urine begint te lopen zit de katheter in de blaas. Schuif de katheter nu nog een klein stukje verder.

7. Soms voel je wat weerstand ter hoogte van de prostaat en bij overgang van de sluitspier naar de blaas. Ter hoogte van de prostaat kan het helpen de penis nog iets te strekken en vervolgens weer naar beneden brengen (tekening 5). Ter hoogte van de overgang van de sluitspier naar de blaas kan de sluitspier wat aangespannen zijn. Meestal ontspant deze snel en kan je de katheter verder inbrengen. Soms wil even zuchten of hoesten helpen.

8. Buig de katheter met de opening richting toilet, zodat de urine rechtstreeks in het toilet kan lopen.

9. Soms zijn extra hulpmiddelen of speciale katheters nodig om te kunnen katheteriseren en de urine op een makkelijke manier op te kunnen vangen. Bijvoorbeeld als je in bed of in de rolstoel moet gaan katheteriseren. De (continentie) verpleegkundige zal dit met je bespreken en het gebruik van deze hulpmiddelen ook met je oefenen.

10. Als de urine niet meer loopt, trek je de katheter een stukje terug, meestal komt er dan nog wat urine.

11. Als er niets meer komt, strek je de penis weer iets op (tekening 6) en haal je de katheter rustig uit de blaas. Je kunt eventueel je duim op het uiteinde houden en de katheter omhoog houden en eruit halen. De urine die dan nog in de katheter zit, zal er pas uitlopen als je de duim van het uiteinde hebt verwijderd.

12. De katheter mag na gebruik bij het restafval. Katheters zijn voor eenmalig gebruik.

13. Maak alles schoon en als je niet besneden bent, schuif je de voorhuid weer terug.

14. Was je handen.

Vernauwingen in de plasbuis

Als je regelmatig vernauwingen hebt in de plasbuis door littekenweefsel, kun je leren dit te voorkomen door zelf te dilateren. Dilatatie is het oprekken van de plasbuis. Dit doe je op dezelfde manier als zelfkatheterisatie, alleen gebruik je hiervoor meestal een iets dikkere katheter.
Als de vernauwing vlak na de plasopening zit, dan is het mogelijk om te dilateren met een korte (vrouwen)katheter.
De (continentie)verpleegkundige zal je hierover advies geven. Op de tekening staat aangegeven waar de vernauwingen zich kunnen bevinden.

Vragen?

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan op werkdagen contact op met de poli urologie.

  • Polikliniek urologie telefoon 0413-401968 (binnen kantooruren)


Bron: V&VN afdeling CV&V www.cvnv.nl