Behandeling met imiquimod

Je hebt gekozen voor behandeling van jouw CIN 2 of CIN 3 met imiquimod crème. In deze folder lees je alles over de behandeling, wat te doen bij bijwerkingen en de vervolgafspraken.

De behandeling duurt 16 weken waarin je de imiquimod 2 tot 3 keerl per week vaginaal inbrengt. Het eenvoudigst is dit te doen met een tampon met inbrenghuls:

• Trek de tampon eerst terug in de inbrenghuls
• Vul nu de inbrenghuls boven de tampon met een half zakje imiquimod
• Breng daarna de tampon met de inbrenghuls zo diep mogelijk vaginaal in

Bij voorkeur breng je de imiquimod s ’avonds voor het slapengaan in.  Je mag na het inbrengen geen seks meer hebben. In de ochtend verwijder je de tampon en spoel je de restjes crème onder de douche weg.  De dag na het inbrengen van de crème adviseren wij een tampon te gebruiken om hiermee irritatie van de schaamlippen te voorkomen.

Zo ziet het behandelschema eruit

1. Je gebruikt de komende 16 weken 2 tot 3 keer per week imiquimod
2. Na de eerste week heb je een telefonische afspraak om te bespreken hoe het gaat
3. Stop imiquimod na 16 weken behandeling en 2 weken geen imiquimod
4. Bij CIN2 volgt een uitstrijkje en bij CIN3 volgt een colposcopie met biopten. Is er nog wel steeds sprake van een CIN2/3 dan volgt een behandeling door middel van een lusexcisie van de baarmoeder mond. Een lusexcisie betekent dat we het laagje van de baarmoedermond waar onrustige cellen zitten weghalen.
5. Als de afwijking is verdwenen of is verbeterd, is de behandeling klaar. Je krijgt dan een controle-uitstrijkje na 6 maanden. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 60% van de vrouwen (60 van de 100 vrouwen) op deze manier kan worden behandeld zonder dat een lusexcisie nodig is.

Bijwerkingen

Ernstige bijwerkingen van de crème zijn weinig beschreven. De meest voorkomende bijwerking was vaginale afscheiding tijdens de behandeling en soms ook wat pijn en jeuk aan de vagina. Daarnaast treden in het  begin bijna altijd griepachtige verschijnselen op. Andere bijwerkingen die kunnen voorkomen zijn spierpijn en spierstijfheid, vermoeidheid, hoofdpijn en een koortsig gevoel.

Krijgt je klachten zoals moeheid, hoofdpijn, spierpijn en spierstijfheid of een koortsig gevoel, volg dan het volgende schema:

Gebruik op de dagen dat je klachten hebt pijnstillers:

1. Start met 4 keer per dag paracetamol 1000mg
2. Zo nodig kun je 3 keer per dag ibuprofen 400 mg nemen

Als dit niet genoeg helpt, bel dan naar onze polikliniek gynaecologie. Eventueel kan de hoeveelheid imiquimod gehalveerd worden of (tijdelijk) gestopt. Bij 1 op de 3 vrouwen zijn bijwerkingen aanleiding om minder imiquimod te gebruiken. 10% van de vrouwen stopt de behandeling i.v.m. de bijwerkingen.

Belangrijk om te weten

• Je mag tijdens de behandeling met imiquimod niet zwanger worden. Je moet daarom voorbehoedsmiddelen gebruiken om niet zwanger te worden tijdens de behandelperiode. Gebruik je nog geen voorbehoedsmiddelen, dan kan de gynaecoloog je adviseren over de mogelijkheden.
  Imiquimod heeft invloed op de werking van een condoom. Ons advies is daarom om niet alleen een condoom als voorbehoedsmiddel te gebruiken. Er is onvoldoende onderzoek beschikbaar naar de werking van de NuvaRing bij vaginaal imiquimod gebruik. We ontraden in deze periode dan ook het gebruik van de Nuvaring als anticonceptiemiddel.
• Het middel imiquimod is ontwikkeld om de groei van cellen af te remmen. Het wordt gebruikt wanneer iemand wratten rondom het geslachtsorgaan heeft. Wetenschappelijk onderzoek heeft bewezen dat het middel ook gebruikt kan worden voor de behandeling bij CIN2 of CIN3. In de bijsluiter zul je lezen dat je de crème niet inwendig mag gebruiken. Dat geldt niet bij jouw behandeling. Jij kunt deze crème aanbrengen in de vagina.
• Bent je zwanger en/of geef je borstvoeding? Dan kun je niet met imoquimod worden behandeld. Heb je medicijnen die op het immuunsysteem werken? Ook dan kun je dit middel niet gebruiken. Weet je het niet zeker? Twijfel je? Bespreek dit dan met de gynaecoloog.

Heb je nog vragen?

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen? Aarzel niet en stel ze aan de gynaecoloog. Telefoon polikliniek gynaecologie: 0413 – 40 19 34