Skip to Content

Borstklierverwijderen (ablatio)

1. De operatie
1.1 Welke verdoving?
1.2 Hoe bereidt u zich voor op de operatie?
1.3 Wat te doen met medicijnen?
2. Het verwijderen van de borstklier
3. Dag van opname

3.1 De operatie
3.2 Na de operatie
3.3 Aanmeten van de tijdelijke prothese
3.4 Wanneer verlaat u het ziekenhuis?
4. Naar huis en dan?
4.1 Adviezen voor thuis
4.2 Wanneer krijgt u controle op de polikliniek?
4.3 Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?
5. Heeft u nog vragen
6.lingeriezakeborstprothesen, lingerie, zwemprothesen en zwemkleding kunt kopen.

Inleiding

In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten om de borstklier te verwijderen (ablatio) te ondergaan ter behandeling van een tumor in uw borst. Het doel van de operatie is om de borstklier te verwijderen.

1.De operatie

1.1 Welke verdoving ?

Een borstklierverwijdering (ablatio) vindt altijd plaats onder algehele narcose. Over de wijze van verdoving kunt u meer lezen in de folder ‘Algemene informatie rondom anesthesie'. Tijdens het pre-operatief spreekuur ter voorbereiding op de operatie bespreekt de anesthesioloog met u welke verdoving voor u het beste is.

1.2 Hoe bereidt u zich voor op de operatie?

De anesthesioloog vertelt u vanaf welk tijdstip vóór de operatie u nuchter moet blijven. Wij raden u ook aan gedurende 24 uur vóór uw opname geen alcohol te gebruiken en niet te roken, ook niet gedurende de dag van de operatie.
Voor de operatie moet uw huid schoon zijn. Neem daarom voordat u naar het ziekenhuis komt een douche of bad. Knip uw nagels kort en verwijder eventuele nagellak. Draagt u kunstnagels dan moet u deze verwijderen. Gebruik geen crème of make-up. Tijdens de ingreep mag u geen lenzen, piercings of sieraden dragen.
Heeft u de dag voor de ingreep griep of koorts? Neem dan contact op met de afdeling PatiëntenPlanning: 0413 - 40 19 17. U hoort dan of het nodig is om een nieuwe afspraak te maken.
Volgt u verder de instructies en voorbereidingen op, zoals afgesproken met uw behandeld arts, de anesthesioloog en de informatieverpleegkundige (zie ook de folder 'Algemene informatie rondom anesthesie').

1.3 Wat te doen met medicijnen?

De anesthesioloog vertelt u tijdens het pre-operatief spreekuur welke medicijnen u mag gebruiken en met welke u tijdelijk dient te stoppen.

Actueel medicatieoverzicht (AMO); meenemen voor uw eigen veiligheidWat is een AMO?

AMO staat voor actueel medicatieoverzicht. Het is dus een overzicht van de medicijnen die u op dat moment gebruikt.

Waarom een AMO?
Als uw arts medicijnen wil voorschrijven, leest de arts in uw AMO welke medicijnen u al gebruikt. Zo voorkomen we dat u medicijnen voorgeschreven krijgt die niet goed combineren met andere medicijnen.

Hoe kom ik aan mijn AMO?
Uw apotheker print voor u een AMO uit. Vertel uw apotheker ook als u medicijnen gebruikt zonder recept zoals pijnstillers, vitamines, anticonceptie pil of St. Janskruid en meld ook allergieën.

Ik heb nieuwe medicijnen gekregen. Hoe kom ik aan een aangepast AMO?
Tijdens uw ziekenhuisopname, polikliniekbezoek of bezoek aan uw huisarts kan uw medicijngebruik zijn veranderd. Let er op dat wijzigingen van medicatie of nieuwe gegevens in uw overzicht worden opgenomen door uw apotheker.

Wanneer neem ik mijn AMO mee?
Zorg dat u het overzicht altijd bij u heeft als u naar de specialist gaat. Dan kan de specialist zien of eventuele nieuwe medicijnen samengaan met medicijnen die u al heeft. Neem het ook mee als u naar de tandarts gaat.

Hoelang is uw AMO geldig?
Het document is maximaal drie maanden geldig maar dient bij iedere wijziging in de medicatie tussentijds opnieuw worden vervangen. Uw apotheek kan het actuele medicatie overzicht verstrekken.

2. Het verwijderen van de borstklier (ablatio)

Bij deze operatie verwijderen we een deel van de huid plus de borstklier. Ook de tepel wordt verwijderd. De huid wordt inwendig gehecht. Daar ontstaat een litteken.

3.Dag van opname

In het ziekenhuis meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de balie van de verpleegafdeling. Een verpleegkundige wijst u uw kamer en bed. Zij stelt u een aantal vragen, beantwoordt mogelijke vragen van u en bereidt u verder voor op de operatie. Zij neemt uw temperatuur en polsslag op en u kunt de operatiekleding aantrekken.

3.1 De operatie

Tijdens de operatie wordt de borstklier, tepel en een deel van de huid verwijderd.

3.2 Na de operatie

Na de operatie wordt u wakker op de uitslaapkamer. Om uw arm zit een band om de bloeddruk te meten. Aan uw vinger zit een soort knijpertje. Hiermee wordt het zuurstof gehalte in uw bloed gemeten. U heeft in uw arm een infuus om vocht en eventueel medicijnen toe te kunnen dienen. De wond is verbonden met een gaasje.
Eerst bent u nog suf, misschien ook misselijk. De meeste mensen hebben een droge mond. U voelt waarschijnlijk weinig pijn omdat u pijnstillers krijgt. Het kan zijn dat de pijn terugkomt. U kunt dan om een pijnstiller vragen. De verpleegkundige zal u ook naar een pijnscore vragen, waarbij het cijfer 0 geen pijn betekend en 10 ondraaglijke pijn. Afhankelijk van de score die u geeft kan de verpleegkundige u pijnmedicatie geven. Een verpleegkundige van de afdeling haalt u op en brengt u terug naar de verpleegafdeling. Hier wordt de wond en het infuus gecontroleerd en wordt de bloeddruk gemeten. Zodra u toestand het toelaat mag u weer eten en drinken.

Het operatieverband mag 24 uur na de operatie van de wond gehaald worden. Het litteken zelf is bedekt met zwaluwstaartjes, hiermee mag u gewoon douchen. Zwaluwstaartjes kunnen er vanaf vallen, dit is niet erg. Laat de zwaluwstaartjes zitten tot de eerste controle op de polikliniek. In de dagen na de operatie zult u zich weer vrij snel kunnen verzorgen en vrij bewegen. Dit heeft een positieve invloed op het herstel.
Om trombose te voorkomen krijgt u tijdens de opname elke avond een injectie met een antistollingsmiddel. Zodra u weer naar huis gaat, wordt dit weer gestopt.

1e dag na de operatie

Veel vrouwen zien er tegenop om naar de wond te kijken. Het kan daarom prettig zijn om, als u dit wenst, de eerste keer samen met bijvoorbeeld uw partner en een verpleegkundige van de afdeling chirurgie, naar de wond te kijken. De verpleegkundige kan dan zo nodig uitleggen wat u ziet.

3.3 Aanmeten van de tijdelijke prothese

U krijgt in het ziekenhuis een tijdelijke prothese aangemeten.
Voor het aanmeten van deze prothese is het prettig als u twee goed passende bh’s of het aangemeten drukhes, hoog aangesloten aan de borst en met verstelbare bandjes meeneemt. Het liefst een al eerder gedragen bh, deze heeft namelijk al een pasvorm. Als u het prettig vindt mag bij het aanmeten van een prothese een naaste aanwezig zijn. Tijdens de volgende polikliniekcontrole kan men u vertellen wanneer een definitieve prothese aangemeten kan worden. Dit is afhankelijk van een eventuele nabehandeling.

3.4 Wanneer verlaat u het ziekenhuis?

De opname duurt relatief kort, een à twee dagen.
De mammacareverpleegkundige/verpleegkundig specialist (i.o) neemt na de operatie contact met u op. U mag naar huis en krijgt een aantal adviezen mee.

4. Naar huis en dan?

4.1 Adviezen voor thuis

  • U krijgt instructies mee wat u moet doen bij pijn.
  • Wees de eerste 4-6 weken voorzichtig met tillen en alle bewegingen en activiteiten die nog pijnlijk zijn..
  • Overlegt u tijdens de eerste poliklinische controle wanneer u weer mag sporten..
  • Wanneer u weer kunt werken, hangt af van het werk dat u verricht. Dit kunt u ook tijdens het eerste poliklinische controle overleggen.
  • Tot aan de controleafspraak mag u niet baden, u mag wel douchen.

4.2 Wanneer krijgt u controle op de polikliniek?

Na ongeveer 7-10 dagen heeft u op de polikliniek een afspraak voor controle. De uitslagen van de patholoog-anatoom (de specialist die weefselonderzoek verricht) over het borstweefsel zijn dan ook bekend en worden door de chirurg met u besproken. Wij adviseren u bij dit gesprek uw partner of een andere naaste die u vertrouwt mee te nemen.
Afhankelijk van de uitslag kan een aanvullende behandeling worden geadviseerd. Dit wordt steeds voorgelegd aan de oncologiecommissie waar specialisten Bernhoven samen met de specialisten van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) uw ziektegeval bespreken en voor u een nabehandeling op maat te maken.

4.3 Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?

In de volgende gevallen dient u met de mammaverpleegkundige/verpleegkundig specialist (i.o) contact op te nemen:

  • Bij een nabloeding.
  • Bij koorts.
  • Roodheid en pijn rondom de wond.
  • Ongerustheid

Wanneer zich thuis bovenstaande problemen voordoen, neemt u dan contact op met de mammacareverpleegkundige/ verpleegkundig specialist (i.o): 0413 - 40 26 60 / 0413 - 40 26 61 / 0413 - 40 26 16.
Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de receptie van Bernhoven: 0413 - 40 40 40.

5. Heeft u nog vragen?

Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, stelt u deze dan aan uw behandelend arts of de mammacareverpleegkundige/verpleegkundig specialist (i.o). Telefoon: 0413 - 40 26 60 / 40 26 61 / 20 16 16

6.Lingeriezaken waar u borstprothesen, lingerie, zwemprothesen en zwemkleding kunt kopen

Voor u een bezoek wilt brengen aan een lingeriezaak is het verstandig van te voren een telefonische afspraak te maken. Neem voor de eerste afspraak uw verzekeringspasje mee en een goed passende BH.

Van der Burgh ladyservice
Driesprong 26
5241 TJ Rosmalen
073 - 52 13 027

www.burghlingerie.nl

Ans van Herpen mammacare adviseur
Liniushof 4
5384 KN Heesch
06 - 12 21 02 64

info@mammacare-adviseur.nl / www.mammacare-adviseur.nl

Medisch speciaalzaak Anny Willemsen
Gemertseweg 2
5427 ET Boekel
0492 - 32 19 76

www.annywillemsen.nl

New Grace mammacare speciaalzaak
Generaal Snijdersstraat 60
5703 GT Helmond
0492 - 56 48 21

info@leenenhuidtherapie.nl / www.leenenhuidtherapie.nl

Sterrin Mammacare

Plein 1969, 1B; 5473 AC Heeswijk-Dinther

Tel: 04132940017

www.sterrin.nl / info@sterrin.nl

Wachtlijstbemiddeling

Als uw klachten erger worden terwijl u al op de wachtlijst staat, bel dan met de polikliniek waar u onder behandeling bent. Uw behandelend arts kan dan overleggen en besluiten of u al dan niet eerder moet worden geopereerd.