Skip to Content

Operaties aan de schildklier

In deze folder vind je informatie over schildklieraandoeningen, de chirurgische behandelingen en andere zaken die voor jouw van belang kunnen zijn. Wij willen je erop wijzen dat jouw situatie kan afwijken van de algemene regels.

Wat is de schildklier?

De schildklier is een vlindervormig orgaan dat in de hals op de luchtpijp ligt. De schildklier produceert hormonen die belangrijk zijn voor de regulatie van de stofwisseling. Voor de productie van die hormonen is de schildklier voornamelijk afhankelijk van een voldoende aanbod van jodium in het lichaam. Zowel links als rechts naast de schildklier liggen stembandzenuwen. Deze stembandzenuwen zorgen ervoor dat de stembanden kunnen bewegen.

Waarom een operatie noodzakelijk is

Het kan om verschillende redenen nodig zijn dat je aan jouw schildklier wordt geopereerd:

  • De schildklier werkt te hard. Als dat met medicijnen niet in de hand is te houden kan een operatie noodzakelijk zijn.
  • Er zit een knobbel in de schildklier. Die knobbel kan de oorzaak zijn van het te hard werken, maar het kan ook een kankergezwel zijn.
  • De schildklier kan vele knobbels bevatten en zo groot zijn geworden dat je last hebt met ademhalen en slikken.
  • De knobbels vormen mogelijk ook een cosmetisch bezwaar.

Afhankelijk van de reden waarom je geopereerd moet worden, kan het nodig zijn de schildklier geheel of gedeeltelijk te verwijderen.

Verschillende soorten operaties

1. De totale strumectomie

De schildklier wordt in zijn geheel verwijderd, bijvoorbeeld bij sommige vormen van schildklierkanker.

2. De subtotale strumectomie

Beide helften van de schildklier worden grotendeels verwijderd, bijvoorbeeld bij een te hard werkende of een te grote schildklier. Er blijft een stukje achter van 10 tot 15 gram.

3. Totale hemistrumectomie of lobectomie

1 helft van de schildklier wordt in zijn geheel verwijderd. Bijvoorbeeld bij een knobbel in die helft van de schildklier, waarbij het onduidelijk is of de knobbel goedaardig of kwaadaardig is.

De operatie

De operatie wordt verricht onder algehele narcose en duurt ongeveer 1,5 à 2 uur. Je ligt met je hoofd zover mogelijk achterover. Er wordt een horizontale snede laag in de hals gemaakt, waarna de schildklier geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd. Van belang daarbij is natuurlijk om de stembandzenuwen en de bijschildklieren te sparen. Afhankelijk van het soort operatie worden 1 of 2 drains (kleine rubberen slangetjes) in het operatiegebied achtergelaten. Zo kan bloed, dat zich daar nog verzamelt, afvloeien. Meestal kunnen deze drains na 24 uur worden verwijderd.

Na de operatie

De pijn na de operatie valt over het algemeen mee en is te vergelijken met een keelontsteking. Na een paar dagen verdwijnt de pijn. De wond geneest snel en meestal met een fraai litteken, dat vaak na verloop van tijd amper meer te zien is. De hechtingen worden na 5 tot 7 dagen verwijderd, meestal op de polikliniek. Bij ontslag uit het ziekenhuis krijg je afspraken mee voor controlebezoeken bij de chirurg en internist, soms ook de KNO arts.

Complicaties

Geen enkele ingreep is vrij van de kans op complicaties. Zo zijn er ook bij deze operatie de normale risico's op complicaties van een operatie, zoals trombose, longontsteking, nabloeding en wondinfectie. De complicaties in het operatiegebied en de kans op die complicaties, is afhankelijk van het soort operatie die je hebt ondergaan. Hoe ingewikkelder de operatie des te meer kans op beschadiging van de structuren die vlak bij de schildklier liggen.

  • Bij de totale hemistrumectomie of lobectomie is de kans op complicaties minder dan 0,1 procent.
  • Bij de subtotale strumectomie wordt het risico iets groter:
  • stembandzenuwletsel: 0,5 procent
  • nabloeding: 1,9 procent
  • tekort aan bijschildklierhormonen: 3,7 procent
  • te weinig schildklier weggehaald: 5 procent

Wanneer de hele schildklier wordt verwijderd (totale strumectomie) liggen deze getallen wat hoger. Je moet weten dat het bij deze operatie altijd om kanker van de schildklier gaat. De operatie is daarom groter en daardoor ook riskanter.

Letsel van de stembandzenuw

Letsel van de stembandzenuw is zeldzaam en blijkt veelal van voorbijgaande aard te zijn. Wanneer een stemband daardoor onverhoopt slecht functioneert, kan je met behulp van een logopedist heel goed weer leren praten. Ook als de stembandzenuw niet wordt beschadigd kunnen er stemveranderingen optreden. Dit kan het gevolg zijn van beschadigingen aan de korte halsspieren of aan andere zenuwen.

Bloedingen

Bloedingen komen bij 2 procent van de operaties voor. Zoals gezegd worden uit voorzorg drains in het operatiegebied achtergelaten.

Tekort aan bijschildklierhormonen

Een tekort aan bijschildklierhormonen wordt veroorzaakt door beschadiging of verwijdering van bijschildkliertjes. Dit tekort kan je merken omdat je tintelingen in jouw vingertoppen kan krijgen en in het ergste geval ernstige spierkrampen. Met calciumtabletten en eventueel vitamine D-preparaten kan dit goed worden behandeld.

Tekort aan schildklierhormoon

De schildklierrest kan te weinig hormonen produceren. Dit kan klachten veroorzaken als snelle vermoeidheid, traagheid en kouwelijkheid terwijl je ook last kan krijgen van constipatie, droge huid, droog worden en uitval van het hoofdhaar, opzwellen van de oogleden en een dikke tong. Deze symptomen kunnen gemakkelijk worden bestreden door het toedienen van tabletjes schildklierhormoon.

Te weinig schildklierweefsel is weggehaald

Als er te weinig schildklierweefsel is weggehaald bij een patiënt die tevoren een te hard werkende schildklier had, dan blijft die situatie bestaan. Dit kan meestal goed met medicijnen worden gecorrigeerd.

Over het algemeen is een strumectomie een veilige operatie met weinig complicaties en een vlot herstel. Meestal hoef je na de operatie geen medicijnen meer te gebruiken om de schildklierfunctie te regelen. Het is echter wel nodig dat je regelmatig poliklinisch door de internist wordt gecontroleerd of de schildklierfunctie goed blijft. Uiteraard is het bovenstaande afhankelijk van de reden waarom je geopereerd wordt.

Werkhervatting

Wat de gevolgen van je aandoening en/of de behandeling voor je werk zijn, kan je met jouw specialist overleggen. De specialist kan jouw bedrijfsarts informeren over de ingreep. Om je privacy te beschermen is jouw toestemming nodig voor overleg tussen jouw specialist en jouw bedrijfsarts. De bedrijfsarts is degene die je begeleidt bij de terugkeer naar je werk. Daarom is het belangrijk dat jouw bedrijfsarts op de hoogte is van je aandoening of behandeling. Het is goed om de bedrijfsarts al vóór de operatie, of in ieder geval zo snel mogelijk daarna te informeren. Dat maakt het gemakkelijker om tot goede afspraken met jouw bedrijfsarts te komen.

Wat te doen bij problemen thuis?

Heb je na je thuiskomst uit het ziekenhuis klachten van welke aard dan ook en vertrouw je het niet?

Neem dan contact op met:

  • Polikliniek chirurgie: 0413 - 40 19 59, route 041 (tijdens kantooruren)
  • Buiten kantooruren bel je de receptie van het ziekenhuis: 0413 - 40 40 40

Mocht het onverhoopt nodig zijn dat je naar de spoedeisende hulp van Bernhoven komt? Volg bij het ziekenhuis dan de borden 'Spoedpost'.

Tot slot

Als je na het lezen van deze folder nog vragen hebt, aarzel dan niet deze te stellen aan jouw arts of verpleegkundige. Of neem telefonisch contact op met de polikliniek chirurgie - 0413 - 40 19 59, route 041 (tijdens kantooruren).

Heb je buiten kantoortijden vragen of problemen, neem dan contact op met het centrale telefoonnummer van Bernhoven: 0413 - 40 40 40. Op grond van jouw vragen wordt beoordeeld welke actie verder nodig is.

Wachtlijstbemiddeling

Als jouw klachten erger worden terwijl je al op de wachtlijst staat, bel dan met de polikliniek waar je onder behandeling bent. Jouw behandelend arts kan dan overleggen en besluiten of je eerder moet worden geopereerd.