Skip to Content

Vervangen van de pacemaker

Je hebt een pacemaker. De levensduur van een pacemaker wordt bepaald door het gebruik. Als je pacemaker je hartritme voortdurend ondersteunt, is de batterij eerder leeg dan wanneer je pacemaker maar af en toe hoeft te werken. Je krijgt tijdens de poliklinische controle van de pacemakertechnicus te horen wanneer de pacemaker vervangen moet worden. In deze folder lees je hoe de pacemaker vervanger wordt en wat je kunt verwachten.

Hoe bereid je je voor?

Als je een bloedverdunner gebruikt zoals acenocoumarol of fenprocoumon, krijg je van je cardioloog het advies om dit te melden bij de trombosedienst. Zij zorgen er dan voor dat je INR waarde op de dag van de ingreep niet hoger is dan 3. De medicijnen die je gebruikt, blijf je innemen. Ook als je diabetes hebt, kun je gewoon je medicatie gebruiken en eten volgens je dieet. Tenzij de arts anders voorschrijft.

Neem ook je plastabletten in als je deze gebruikt. Vergeet dit niet. Je mag normaal ontbijten of lunchen op de dag van de ingreep. Heb je vragen, stel deze dan aan de behandelend arts of de pacemakertechnicus.

Bij gebruik van een NOAC................................................. ............uur/dag(en) voor de ingreep stoppen en na ...............uur/dag(en) weer starten.

Overzicht medicijnen

Neem bij een opname of polibezoek altijd een overzicht mee van de medicijnen die je op dit moment gebruikt. Dit kun je bij de apotheek halen. Als de arts medicatie wil voorschrijven, dan leest de arts in het overzicht welke medicijnen je al gebruikt. Zo voorkomen we dat je medicijnen voorgeschreven krijgt die niet goed met elkaar samengaan.

Het overzicht van medicijnen die je op dit moment gebruikt wordt bij de apotheek een actueel medicatieoverzicht genoemd. Hier wordt ook de afkorting AMO voor gebruikt. Lees op deze pagina de veel gestelde vragen over het AMO.

Hoe gaat de behandeling?

Je wordt opgenomen op het ambulant centrum. Je krijgt voor de ingreep een infuusnaaldje en éénmalig antibiotica toegediend. Het vervangen van de pacemaker vindt plaats op de hartkatheterisatiekamer. Meestal onder plaatselijke verdoving.

De oude pacemaker wordt weggehaald en een nieuwe wordt ingebracht. De pacemakerdraad of -draden worden vervolgens op de nieuwe pacemaker aangesloten. De wond sluiten we met oplosbare hechtingen. De huid dekken wordt afgedekt met een laagje huidlijm. Indien nodig wordt vóór de ingreep een tijdelijke pacemakerdraad ingebracht die aangesloten wordt op een uitwendige pacemaker. Deze tijdelijke draad wordt na de ingreep weer verwijderd.

De pacemakertechnicus stelt de pacemaker in. Daarna mag je weer terug naar de afdeling. Na het wisselen van de pacemaker moet je nog 2 uur in Bernhoven blijven. Daarna mag je weer naar huis.

Wondcontrole

Je krijgt een afspraakkaartje voor wondcontrole voor een week later. Je ontvangt bij deze controle ook een nieuw pacemakerpasje.

Leefregels na vervanging de eerste week

Voor een goed herstel adviseren wij de volgende leefregels:

  • Verwijder de grote pleister na 1 dag.
  • Neem bij pijn tijdens de eerste dagen na de ingreep zo nodig 4 keer per dag 1 of 2 tabletten van 500 mg paracetamol in. Probeer dit na de eerste dagen af te bouwen.
  • Je mag douchen. Als de wond nat is geworden kan je deze droogdeppen met een schone handdoek.
  • Douchen is niet toegestaan bij gebruik van kleine pleisters (zwaluwstaartjes) tot na de wondcontrole. Dit wordt tijdens de procedure verteld.
  • Tijdens de wondcontrole worden de kleine pleisters (zwaluwstaartjes) verwijderd.
  • Neem de eerste 3 dagen je temperatuur op.
  • Neem bij koorts boven 38.5C contact op met Bernhoven.

Wanneer moet je de arts of pacemakertechnicus te bellen?

Neem contact op met je behandelend arts of pacemakertechnicus bij:

  • Tekenen van infectie, wijken van de wondranden, koorts, hevige pijn
  • Hevige bloeding

Heb je nog vragen?

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen? Neem contact op met de pacemaker polikliniek.

  • Pacemaker polikliniek: 0413 - 40 24 64 (binnen kantooruren)
  • Receptie Bernhoven: 0413 - 40 40 40 (buiten kantooruren)